Wanneer je bij ons in behandeling bent, dan vinden wij het belangrijk om je goed te informeren. We vertellen je graag hoe je bewegingsprobleem is ontstaan, wat jij er zelf aan kan doen en hoe wij je kunnen helpen. Natuurlijk doen we dit rechtstreeks tijdens je behandeling, maar ook daaromheen. Bijvoorbeeld met deze uitleg over fysiotherapie na een stabiliserende schouderoperatie.
Bij een stabiliserende schouderoperatie wordt er operatief ingegrepen in de schouder. Er zijn een aantal technieken die kunnen worden toegepast, waarvan de bankart-repair en de latarjet-procedure twee belangrijke technieken zijn.
Bij instabiliteit van de schouder is er vaak sprake van schade aan het labrum. Dit is een ringetje van kraakbeen dat ligt op de schouderkom van het schouderblad. Bij een bankart-repair hecht de orthopeed dit labrum weer vast op het schouderblad. Soms blijkt dat er een dusdanige beschadiging is opgetreden van het kapsel, het labrum, en soms van de schouderkom, dat het niet mogelijk is dit met een bankart-repair goed te herstellen. Dan kan een zogenaamde latarjet-procedure worden verricht. Hierbij wordt een extra stuk bot geplaatst aan de voorzijde van het kommetje van het schoudergewricht, wat zorgt voor extra stabiliteit.
In overleg met jouw orthopeed kan gekozen worden voor een stabiliserende schouderoperatie als de schouder blijvend instabiel is. Dit komt vaak voor na een trauma waarbij de schouder uit de kom is gegaan. Denk aan een val op uitgestrekte arm, in een duel tijdens het uitoefenen van je sport of in een verkeersongeluk. Soms is het voldoende om na een schouderluxatie goed te trainen, en zo je schouder stabiel te maken. Maar als dat onvoldoende resultaat geeft, je schouder nog steeds instabiel voelt of opnieuw uit de kom gaat, kan in overleg worden overgegaan tot operatie.
In de eerste fase na de operatie kan de schouder nog pijnlijk en gezwollen zijn. Uw arm wordt tin deze fase ondersteund met een draagband (sling) of mitella zodat deze goed kan rusten en genezen. Bij een open operatiemethode worden de wondjes met onderhuidse hechtingen dichtgemaakt. Deze lossen vanzelf op na zo’n 6 tot 8 weken.
Bij een scopische operatiemethode, waarbij de chirurg door kleine gaatjes werkt, zullen de steekgaatjes aan het einde van de operatie gehecht of afgeplakt worden. Na 2 weken worden deze hechtingen bij uw huisarts verwijderd. Afhankelijk van welke operatie u hebt ondergaan en welke individuele factoren er bij u van toepassing zijn, heeft u na de operatie nog enige tijd last van het geopereerde gebied. Deze kan soms ook wat gezwollen en warm aanvoelen. Dit zal geleidelijk aan afnemen.
Direct na de operatie begin je met bewegen om zo de schouder soepel te houden, littekenverklevingen tegen te gaan en geen verkeerd bewegingspatroon aan te leren in de eerste fase na de operatie.
Aan deze eerste fase zijn een aantal belangrijke leefregels verbonden. Let wel op dat dit per patiënt kan verschillen dus overleg altijd goed met uw fysiotherapeut.
De eerste week mag de wond niet doorweekt raken, dus ga niet in bad of zwemmen. Vanaf de tweede dag mag er wel gedoucht worden. Eerst nog zonder zeep of crème op de wondjes. Wees wel voorzichtig bij het afdrogen.
In week 1 moet je de sling 24 uur per dag dragen. In week 2 mag hij alleen af voor oefeningen. In week 3 langzaamaan afbouwen overdag. Slapen geschied op dit moment nog steeds met sling. Verder doe je er verstandig aan om rustige elleboog pols en hand oefeningen te doen. Op deze manier blijven deze gewrichten soepel.
De arm mag in de eerste weken niet naar buiten draaien of zijwaarts opgeheven worden. Vanaf week 4 mag u de arm tot net boven schouderhoogte optillen, mits dit pijnvrij is en licht naar buiten draaien. Vanaf week 7 mag u actief de arm opheffen tot elleboog op ooghoogte is mits dit pijnvrij is en mag u tot de pijngrens naar buiten draaien. Vanaf week 10 mogen alle volledige bewegingen, mits pijnvrij, gemaakt worden
Wanneer je weer aan het werk kan is helemaal afhankelijk van je beroep. Wij raden aan om in ieder geval de eerste 3 weken na de operatie niet te gaan werken omdat het lichaam dan veel energie nodig heeft om te herstellen van de operatie en om complicaties tegen te gaan. Hierna is het afhankelijk van uw beroep. Iemand die zijn schouder tijdens het werk niet belast zal na de eerste 3 weken weer kunnen beginnen met werken. Maar voor iemand die moet tillen of op andere wijze de schouder veel gebruikt is het handig om te overleggen met bedrijfsarts en fysiotherapeut.
Na 8 tot 12 weken mag worden gestart met hardlopen, mits de revalidatie goed verloopt, en na ongeveer 3 maanden mag er weer worden begonnen met sportspecifieke oefeningen.
Hier kan ons team van schouder fysiotherapeuten jou goed bij helpen.
Als team van schouderfysiotherapeuten en leden van Schoudernet Noord behandelen wij veel mensen die een stabiliserende schouderoperatie hebben ondergaan. Hierbij maken wij gebruik van protocollen om jou van begin tot eind te begeleiden. Deze protocollen passen wij aan op jouw persoonlijke situatie, want elke revalidatie is uniek. We starten met manuele en mobiliserende technieken om je schouder weer beweeglijk te maken, en zodra het is toegestaan gaan we met jou de oefenzaal in om de schouder weer sterk en stabiel te maken. Daarna werken we door middel van sportspecifieke oefeningen toe naar een return to sport.
Heb jij een schouderoperatie gehad en wil je graag begeleid worden in je revalidatie?
Meer informatie over fysiotherapie voor schouderklachten lees je op onze webpagina met informatie. Hier lees je onze informatiefolders over de shouder, kijk je op ons Youtube kanaal video’s over de schouder en luister je op ons Spotify kanaal podcast waarin wij fysiotherapie voor je schouder bespreken met orthopeden en ervaringsdeskundigen.